Contact >
< Terug naar overzicht

Pasvorm en maatadvies voor wandelschoenen

De juiste maat

De juiste wandelschoen begint bij de juiste pasvorm. Niet alleen de “maat” bepaalt of een schoen goed zit, maar vooral de leest (de vorm waar de schoen omheen gebouwd is), de breedte van de voorvoet, de wreefhoogte en hoeveel ruimte jouw tenen hebben om te bewegen, vooral bij afdalingen. Een schoen die niet past, gaat altijd wrijven of knellen. En wrijving = blaren.

Onze ervaring: bijna alle problemen met wandelschoenen komen niet door de “kwaliteit” van de schoen, maar doordat de vorm van de schoen niet goed past bij de voet van de wandelaar. Daarom nemen we bij het passen tijd om jouw voetvorm te analyseren.

Dejonghattem Hanwag 5
Leest

De leest: basis van elke pasvorm

De leest is het interne model waarop de schoen is opgebouwd. Je kunt het zien als het raamwerk dat de vorm, breedte en volume van de schoen bepaalt. Daarom zal de ene schoen “perfect” aanvoelen, terwijl een ander merk in dezelfde maat direct op bepaalde plekken drukt.

  • Heb je brede voorvoeten? Dan heb je een leest nodig met extra ruimte bij de tenen.
  • Heb je een hoge wreef? Dan heb je meer volume boven op de voet nodig.
  • Heb je smalle hielen? Dan moet de hielcup goed aansluiten, anders ga je slippen.

Daarom vergelijk je bij ons in de winkel meerdere modellen en merken naast elkaar. Je voelt direct wat de leest met je voet doet.

Hoe pas je wandelschoenen goed?

  1. Pas altijd met de sokken waarmee je ook gaat wandelen.
  2. Ga rechtop staan en loop echt een stukje.
  3. Duw bij het passen één voet naar voren → je tenen mogen de voorkant nét aanraken, maar niet proppen.
  4. Kijk vooral naar de afdaling-situatie → als je tenen in de neus schuiven: dat model is te klein of te smal, óf de leest klopt niet.

Een goede schoen sluit stevig rondom je hiel, maar laat de voorvoet voldoende vrijheid. Je voet mag niet “zwemmen”, maar ook niet geklemd zitten.

Dejonghattem Lowa 2
Dejonghattem Lowa 1

Inlopen: rustig opbouwen

Nieuwe wandelschoenen moet je altijd even inlopen. Niet om ze “te modeleren”, maar om jouw voeten te laten wennen aan de constructie.

Onze richtlijn:

  • begin met korte wandelingen op vlak terrein
  • bouw pas daarna langere afstanden op
  • loop de eerste keer géén grote tochten met nieuwe schoenen

Zo voorkom je wrijving, blaren en overbelasting.

Vooral stevige bergwandelroutes vragen vaak categorie B schoenen.

Ruimte bij de tenen en afdalingen

Bij afdalingen schuift je voet altijd een heel klein beetje naar voren. Daarom moet er voldoende teenruimte zijn. Een schoen die staand perfect lijkt te passen, kan op de berg opeens keihard tegen je tenen gaan drukken. Daarom testen we bij passen altijd ook de “afdalingpositie”. Bij lange afdalingen adviseren we vaak Lowa wandelschoenen.

Dejonghattem Lowa 3
Dejonghattem Lowa 2

Zo kies je de juiste pasvorm

  • let niet alleen op maat → maar vooral op leestvorm
  • kies een schoen waar je hiel goed in blijft staan
  • let op voldoende ruimte bij je tenen (zeker voor afdalingen)
  • loop nieuwe schoenen gefaseerd in
Leen uw schoenen nooit uit, dit kan leiden tot vervorming. Zeker bij de schoenen die een memory-foam MFS gebruikt.

Advies bij het passen nodig?

Kom langs. We meten jouw voeten, vergelijken meerdere merken en zoeken samen het model dat écht bij je past.

< Terug naar overzicht
>